Selecteer een pagina


Roepnaam: Bram

Geboorteplaats: Leeuwarden
Geboortedatum: 14-06-1914
Overlijdensplaats: Middellandse zee
Overlijdensdatum: 13-11-1942

Laatste (vrijwillige) woonadres: Don Boscostraat 1

Slachtoffer staat op lijst:
Militair
Omgekomen buiten Eindhoven

Bram wordt geboren op 14 juni 1914 in Leeuwarden als de mannelijke helft van de tweeling Bram en Pietje Drexhage. Hij woont voor enige tijd in Eindhoven, waar hij vanwege zijn achtergrond in de elektrotechniek vermoedelijk bij Philips werkt. Op 1 september 1938 tekent hij voor vier jaar bij de NV Twentsche Overzee Handel Maatschappij en gaat werken in hun vestiging in Kampala, in het dan Britse Protectoraat van Uganda.

Bij Koninklijk Besluit van 28 februari 1941 wordt bepaald dat alle Nederlanders geboren tussen 1904 en 1923 en verblijvend buiten Groot-Brittannië, Canada, de Nederlandse koloniën en het door de Duitsers bezette gebied, als dienstplichtigen ingelijfd kunnen worden bij de Nederlandse strijdkrachten. Ook Bram meldt zich bij de Nederlandse ambassade in het Zuid-Afrikaanse Pretoria. Op 4 juni 1942 verlaat hij Zuid-Afrika en komt op 2 juli aan in het Verenigd Koninkrijk. Daar wordt hij vervolgens overgeplaatst naar de Koninklijke Marine als stoker-olieman 2e klasse (monteur 2e klasse volgens de Oorlogsgravenstichting). Vanaf oktober 1942 dient Bram aan boord van de torpedobootjager Hr. Ms. Isaac Sweers.

Het schip wordt in november van dat jaar ingezet bij Operatie Torch, de geallieerde invasie van het door Vichy-Frankrijk bezette Noord-Afrika. Op 13 november, om kwart over zes in de ochtend, vuurt de Duitse onderzeeër U 431 twee torpedo’s af op het schip. De eerste raakt de volle olietank; de tweede slaat direct onder de brug en de officiersmess in. Het schip vliegt in brand waardoor ook de munitievoorraden aan boord exploderen. Binnen een uur zinkt de Isaac Sweers, 55 mijl ten noordwesten van Algiers. De overlevenden worden door de Britse bewapende trawler HMS Loch Oskaig uit zee gered, maar van de 194 opvarenden zijn er 103 om het leven gekomen door verdrinking, of in de door de brandende olie ontstane vlammenzee. Onder hen bevindt zich Bram; hij is 28 jaar geworden.

Begin maart 1943 ontvangen zijn ouders in Leeuwarden bericht van het Rode Kruis dat hun zoon wordt vermist en als verloren moet worden beschouwd. In juni 1945 volgt na een verzoek om bevestiging door Brams vader aan het ministerie van Oorlog het dat Bram naar alle waarschijnlijkheid bij het zinken van de Isaac Sweers is omgekomen en dat alle hoop op zijn terugkeer opgegeven moet worden.
(Bron: Brabantse Gesneuvelden)

In februari 1946 ontvangt zijn vader een brief van Koningin Wilhelmina, waarin ze hem haar oprechte deelneming betuigt met het verlies van Bram. De naam van Bram is vermeld in lijsten van gevallenen en op het monument, dat is opgericht in de tuin van de Nederlandse ambassade in Pretoria.


Netwerk Oorlogsbronnen: https://www.oorlogslevens.nl/tijdlijn/Abraham-Paulus-Drexhage/02/35955
Nationaal Archief: https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/2.19.255.01/invnr/35955A